En zien al snel de motor van de lokale economie. Later zullen we uitrekenen dat per week er ca. 7000-8000 bezoekers per cruiseship het kleine stadje Ketchikan aandoen. De winkels in Ketchikan draaien volgens het rooster van de cruiseships: als er op zaterdag na 3 uur geen schepen meer aankomen, zijn ook alle winkels dicht. Als er een cruiseship in de haven ligt, is Ketchikan een drukke stad. Als er geen schip ligt, is de stad uitgestorven.
Kort na aankomst begint het te regenen. Toch besluiten we, na twee nachten Rupert rain, het toch ook nog een nacht hier in het Tongass National Forest te proberen. We hebben een mooi plekje, naast een steeds woester kolkend riviertje, continu gevoed met nieuw hemelwater. Deze nacht, na een mislukte poging om alles te overtarpen, roept A wanhopig uit "Ik wil morgen naar Nederland!", en dan dringt bij mij het besef door dat niet iedereen kamperen in de regen als een uitdaging ervaart.
De volgende ochtend besluiten we op te pakken, zakken af naar de bibliotheek van Ketchikan waar we met ons macbook 30 minuten gratis kunnen internetten. Hulde aan de bibliotheek! We noteren een lijst nummers, en bellen rond vanuit een munttelefoon op zoek naar die knusse cottage aan de zee, met knapperend haardvuur.