Wikipedia vertelt me dat Angst het Duitse woord is voor fear. Angst is een niet-gerichte emotie. Waarom hebben de oosterburen een patent op niet-gerichte emoties? Misschien stopte Hansje zijn vinger in de dijk zonder angst voor het wassende water. Mogelijk is Frau Antje niet bang om op haar klompen uit te glijden, of lacht ze het gevaar van teveel snoepen van volvette Goudse en het dientengevolge aanslibbende buikspek vrolijk weg, maar ik, als authentieke bangerd die graag de voeten op de vloer houd, wijk niet significant af van de gemiddelde Nederlander.
Maar nu! Terwijl Jan-Peter in regenachtig Den Haag in zijn kamertje, kauwend op een mariakaakje, zon op een excuus om te verklaren waarom hij, als heerser van wereldmacht Holland geen afscheidsbrief van George gekregen had, vloog ik tegen een strakblauwe hemel tussen de damp van Waterplant en Olieraffinaderij in vliegende vaart over 3 bumps en deed daarna volkomen roekeloos een jump. Downhill. Niet dat ik niet bang was. Bovenaan, naar beneden kijkend, snelheid, diepte en schuinte inschattend, was er duidelijk sprake van talmen. Het leuke aan downhill op cross-country ski's is dat je, als je eenmaal een beetje glijdt, je sneller en sneller gaat, op geen enkele andere manier kunt stoppen dan door te vallen, en harder en harder valt. Whiplash, slagaderlijke bloedingen (de stokken kunnen in rare posities gebracht voor de meest gruwelijke dingen zorgen), schedelbasisfractuur. Of alleen al een gebroken pols of losse tand. Angst heerst, het talmen gaat door. Argumenten en tegenargumenten rollen door elkaar (Als je bang bent, gaat het juist fout. Maar stel dat het goed gaat, dan heb ik mezelf overwonnen). Maar, net als bij het betreden van de slurf richting vliegtuig, was ook hier het moment van overgave aan het lot, verteerbaar (verkoopbaar) gemaakt met wat slappe kansargumentatie. Wat mot dat mot.
woensdag 21 januari 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten