zaterdag 3 oktober 2009

peee peee pijur pijur

Het plan was om vandaag de Sulphur Skyline Trail te lopen en daarna direct in de Miette Hot Springs te stappen. Maar deze nacht heeft het gesneeuwd, en Miette ligt hoog. Als we bij de rangers informeren blijkt dat de sneeuwschuifploeg net onderweg is om de weg omhoog vrij te maken want er ligt wel 50 centimeter sneeuw. Wat te doen? Op naar Malign Canyon, waar we eenmaal eerder in de zomer drie jar geleden waren in een onweersbui en eenmaal eerder dit het voorjaar in het ijs maar nog nooit in de herfst en nog nooit hebben we alle zes bruggen gelopen.


Als we de auto bij de zesde brug parkeren, zien we een coyote op een drafje langslopen. Tussen de zesde en de vijfde brug rommelt een woelrat tussen de bladeren. Even later staan we bij het water en horen geknak achter ons. We kunnen het geluid niet identificeren en besteden er ook verder geen aandacht aan. Bij de eerste en hoogste brug drinken we een kop koffie en chocolademelk bij het Malign Teahouse, om daarna rechtsomkeert alle zes bruggen weer naar beneden te lopen. Ergens tussen de derde en de tweede brug wijst tante M Jakob op een grijs vogeltje, bijna niet te zien tegen het grijs van het water en de steen.


Het blijkt de American Dipper te zijn, de enige zangvogel die als watervogel geclassificeerd is, zo vertelt ons een gids van een paar andere wandelaars. Sluiten zingen en zwemmen elkaar uit dan?, vraag ik me af. Hoe zou Darwin dat verklaren? Het is een leuk bedrijvig vogeltje, dat driftig een stukje zwemt en dan ineens onder water verdwijnt. Als we verder lopen, ligt er een vers omgevallen boom op het pad, die, we zijn er na enig overleg zeker van, er op de heenweg niet lag. Het is precies de plek waar we, toen we aan het water stonden, ook het geknak hoorden. Na A bij B gevoegd te hebben, concluderen we dat het geknak de een voor een afknappende wortels waren en dat we, enerzijds gelukkig (lijfsbehoud) anderzijds jammer (nieuwsgierigheid), net het omvallen gemist hebben.


Aan het einde van de middag informeren we weer even bij de rangers en ja! (gejuich) Miette is open dus rijden we omhoog tussen de besneeuwde naaldbomen en stapels weggeschoven sneeuw aan de kant van de weg.



Net voor we het bad instappen wandelt een mevrouw in badpak met muts ons tegemoet. Er drijven mensen in de baden terwijl de lifeguards met wanten, dikke jassen en mutsen op, bekers koffie in de hand, aan de rand alles in de gaten houden en soms een stapel sneeuw in het koudste bad (8 graden) schuiven. Deze keer is het koude bad echt koud, en het warmste bad (39 graden, recht uit de berg) daardoor extra tintelend. Het uitzicht op de bergen wordt ons gedeeltelijk ontnomen door sneeuwwolken en door de invallende schemering terwijl Russen, Canadezen, Japanners, Fransen en Nederlanders dampend dobberen. De chauffeur van een log truck vraagt ons of we het dorpje in Noorwegen kennen waar zijn grootmoeder vandaan komt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten